Oenselsestraat 27/27a - 27e, stadsboerderij met schuren
Adres: Oenselsestraat 27/27a - 27e, Zaltbommel
Gemeente: Zaltbommel
Postcode + plaats: 5301 EN Zaltbommel
Straat + huisnummer: Oenselsestraat 27, 27a, 27b, 27c, 27d en 27e
Naam object: -
Kadastrale aanduiding : gemeente Zaltbommel, sectie A, nrs.
27 : 4000 A2 (oud 3989) appartement
27a: 3990 woonhuis
27b: 4043 woonhuis
27c: 3991 woonhuis
27d: 4000 A1 (oud 3989) kantoor
27e: 4000 A3 (oud 3989) appartement
Bescherming: gemeentelijk monument
Datum aanwijzing: 11 februari 1992
Oorspronkelijke functie: stadsboerderij met schuren
Huidige functie: complex van 3 woningen, 2 appartementen en een kantoorruimte
Bouwjaar: -
Architect: -
Bouwstijl: -
Beschrijver: -
Datum beschrijving: -
Datum foto’s: -
Bronnen: -
Kadastrale kaart van Oenselsestraat 27, 27a, 27b, 27c, 27d en 27e in Zaltbommel (2015)
Historie en ligging
Deze voormalige stadsboerderij met schuren vormt een monumentaal complex in het oostelijk stadsgedeelte.
Het complex bestond oorspronkelijk uit een woonhuis aan de straat en met daarachter schuren, die L-vormig rond een binnenplaats/erf zijn gebouwd.
Het woonhuis ligt aan de noordzijde van de Oenselsestraat. Het grenst met de linkerzijde (westzijde) aan een naburig pand en heeft aan de rechterzijde (oostzijde) een brede doorgang naar het achterterrein.
Plattegrond en opbouw
Het complex bestaat uit een woonhuis aan de straat, met een rechthoekige plattegrond, en daar achter aangebouwde schuren.
De grote schuur is uitgebreid met een aanbouw tegen het woonhuis en met een kleinere schuur die haaks op de grote schuur is gebouwd en het erf aan de noordzijde afsluit.
Het woonhuis is een groot huis van twee bouwlagen. De vorm komt overeen met het in deze streek gebruikelijke hallehuis met dwars woonhuis (of T-huis). Het heeft twee parallelle schilddaken waarvan de nokken evenwijdig aan de straat lopen met een zakgoot tussen de beide daken en een schoorsteen aan de rechter zijkant van het voorste dak. Het huis is in eenvoudige stijl gebouwd met een lijstgevel en dateert vermoedelijk uit het einde van de 19de eeuw.
De schuur die aangebouwd is aan het voorhuis, heeft één bouwlaag en heeft een zadeldak met wolfeind aan de zijde van het woonhuis.
De nok van de schuur ligt halverwege de goot en de nok van het voorhuis. Door een aanbouw aan de schuur die tevens aansluit aan de achtergevel van het voorhuis is het dak van de schuur op deze plaats voorzien van een aankapping. De aanbouw sluit op de schuur aan met een kwartronde sluitmuur waarboven de aankapping over de uitbouw afgesloten wordt door een kwart kegel.
De kleinere schuur is aangebouwd aan de grote schuur en staat daar haaks op aan de achterzijde van het erf. Hij heeft één bouwlaag en een schilddak dat ook haaks aansluit op het dak van de grote schuur en even hoog is. Aan de rechterzijde is een aankapping die weer een lagere aanbouw overdekt.
Alle daken zijn gedekt met rode oud Hollandse pannen.
Voorgevel woonhuis
De voorgevel is symmetrisch ingedeeld met in het midden een deur en aan weerskanten daarvan twee vensters. In de tweede bouwlaag staan de vijf vensters daar recht boven. Daarboven bevindt zich de kroonlijst. Midden in het dak is een dakkapel aangebracht. Het muurwerk is van kleine handgevormde baksteen in kruisverband. De plint is gepleisterd. De deur is een donkergroen geschilderde paneeldeur met bovenlicht. Het kalf is geprofileerd en voorzien van een spiegel. Het kozijn is wit geverfd, de neuten grijs. De onderdorpel is van natuursteen en is wit geverfd. Links en rechts van deze deur bevinden zich twee T-vensters, donkergroen geverfd, de kozijnen wit, de onderdorpels grijs. De vensters hebben geen echte lekdorpels, in plaats daarvan bevinden zich onder de vensters rollagen die niet uitspringen ten opzichte van het gevelvlak. Boven elk venster bevindt zich een strek.
De vijf T-vensters in tweede bouwlaag zijn korter dan de vensters van eerste bouwlaag. Ze zijn eveneens uitgevoerd met rollagen aan de onderzijde en strekken aan de bovenzijde. De vensters zijn weer groen geverfd, de kozijnen wit. Het middelste venster is smaller dan de overige, passend bij de er onder gelegen deur.
De gevel is aan de bovenzijde afgesloten door een houten architraaf, een fries en een kroonlijst, waarin de bakgoot is opgenomen. Deze delen zijn wit geverfd. De dakkapel heeft een 4-ruits schuifvenster en een kleine kroonlijst met bakgoot. De zijgevels van de dakkapel zijn met zink bekleed en afgewerkt met een boeiboord.
Linkerzijgevel woonhuis
De linkerzijgevel gaat geheel schuil achter de belendende bebouwing.
Rechterzijgevel woonhuis
De rechter zijgevel bevatte in de eerste bouwlaag oorspronkelijk drie vensters. De twee linker vensteropeningen zijn dichtgezet met een machinaal vervaardigde baksteen. De rechter opening heeft 2 x (1+2) schuifvensters.
De tweede bouwlaag bevat rechtsboven een T-venster, waarvan het bovendeel 3-ruits is uitgevoerd. De vensters zijn zowel aan de boven- als aan de onderzijde afgesloten door een rollaag. De gevel is aan de bovenzijde voorzien van een zinken mastgoot.
Achtergevel woonhuis
Van de achtergevel is alleen een driehoek van de tweede bouwlaag overgebleven doordat de aanbouw van de schuur in het verlengde van de zijgevel ligt. In die driehoek bevindt zich een T-venster waarvan het bovendeel 3-ruits is uitgevoerd. De aankapping gaat over één onderhoek van het venster heen.
Schuren
De schuur achter het woonhuis is middels een éénlaagse aanbouw verbonden met het woonhuis. Deze aanbouw sluit aan op de rechter zijgevel van het woonhuis. Aan de rechterzijde wordt deze uitbouw afgesloten door een kwartronde muur die weer op de schuur aansluit.
Links in de gevel van de aanbouw is een opgeklampte deur met 2-ruits bovenlicht geplaatst. Naast deze deur bevindt zich een venster 2x(1+2). Geheel rechts bevindt zich een venster 3x(1+3). De deur en de vensters zijn groen geverfd. De gevel is wit gepleisterd met een grijze plint, die op de plaats waar de regenpijp op het erf loost verhoogd is met een halfcirkelvormig vlak, als bescherming tegen opspattend water. De aanbouw is voorzien van een zinken mastgoot.
De voorgevel (oostzijde) van de schuur naast de aanbouw is eveneens wit gepleisterd. Links in de gevel bevindt zich een dubbele opgeklampte deur met bovenin 2x3+2x3 ruiten, waarboven een balk de opening afsluit. Boven deze balk bevindt zich een hooiluik, dat door de daklijst heen snijdt en zich in het dak als een dakkapel voortzet. De dakkapel is gedekt met een lessenaardak. Naast de dubbele deur bevindt zich een rechthoekig venster met gietijzeren roeden. De verdeling is 9-ruits, maar zo dat zowel de horizontale als de verticale roeden dicht tegen de randen van het venster geplaatst zijn.
De voorgevel (zuidzijde) van de dwarsgeplaatste schuur is eveneens witgepleisterd. Geheel links in deze gevel bevindt zich een opgeklampte deur met een 2x2 ruits bovenlicht. Rechts daarvan bevinden zich rechthoekige dubbele deeldeuren, die aan de bovenzijde weer door een houten balk zijn afgesloten, juist onder het dak. Hierboven bevindt zich een hooiluik met een lessenaardak. De luiken zijn verdwenen. Rechts naast de deeldeuren bevindt zich een 2x3 venster met een houten balk als afsluiting aan de bovenzijde.
Naast dat venster begint de schuin naar rechts aflopende aanbouw waarvan de voorzijde in hetzelfde vlak ligt als de schuur. In de aanbouw bevindt zich links een opgeklampte deur en rechts een klapluik met een 2-ruits bovenlicht. Alle vensters en deuren van de schuur zijn lichtgrijs geverfd.
Stoep en tuin
Voor de voorgevel van het woonhuis ligt een stoep met zwarte en rode tegels in een ruitpatroon en met een schaakbordpatroon voor de ingangspartij. De stoep is omgeven met een bakstenen rand. De binnenplaats en de gang naar de straat zijn bestraat met gele ijsselsteentjes.
Extra opmerking
Het complex is in 2004 verbouwd, waarbij het woonhuis is verdeeld in twee appartementen en een kantoorruimte en waarbij in de schuren drie woningen zijn gerealiseerd.
Reden van plaatsing
Architectuurhistorische criteria
a. monumentaal complex, waarvan vooral de mooie, grote daken opvallen.
Stedenbouwkundige criteria
a. goed passend in het straatbeeld door de rustige, eenvoudige uitvoering, met een indeling en een kroonlijst die aansluit bij naburige panden uit ongeveer dezelfde tijd;
b. de ruime afmetingen die de allure van dit straatgedeelte vergroten.
Cultuurhistorische criteria
a. het bijzondere belang als laatste stadsboerderij.