Vuurwerkoverlast? Meld het hier!

Lees pagina voor

Maasdijk 97, uitwateringssluis

Adres: Maasdijk 97 bij Drielsche sluis, Aalst

Gemeente: Zaltbommel

Postcode + plaats: Aalst
Straat + huisnummer: Maasdijk bij 97
Naam object: Drielsche Sluis
Kadastrale aanduiding: gemeente Brakel, sectie L, nr. 51, 217 gedeeltelijk (sluiscomplex onder de Maasdijk) en 339

Bescherming: gemeentelijk monument
Datum aanwijzing: 3 april 2018

Oorspronkelijke functie: uitwateringssluis
Huidige functie: uitwateringssluis

Bouwjaar: ca. 1840
Architect: -
Bouwstijl: koker- of duikersluis

Beschrijver: Bureau Lantschap/drs. A.J. Haartsen
Datum beschrijving: 19 januari 2017 / 28 november 2017 / 22 maart 2018
Datum foto’s: 12 december 2014

Bronnen :

  • G.J. Arends, Sluizen en stuwen. De ontwikkeling van de sluis- en stuwbouw in Nederland tot 1940 Delft, 1944
  • Sil van Doornmalen, Sylvia Dumont, Jan Buylinckx en Peter Schipper, Het Bommelerwaardboek Zwolle/ Zaltbommel, 2008
  • P.J. de Jong, De Drielsche Wetering. In Tussen de Voorn en Loevestein, jrg X, 29-09-1974, pp 23-23, 1974
  • O. Moorman van Kappen, Jan Korf en O.W.A. baron van Verschuer, Tieler- en Bommelerwaarden, 1327-1977 Grepen uit de geschiedenis van 650 jaar waterstaatszorg in Tielerwaard en Bommelerwaard Tiel/Zaltbommel, 1977
Kadastrale kaart van de sluis bij Maasdijk 97 in Aalst

Historie en ligging

De Drielsche Sluis is waarschijnlijk aangelegd omstreeks 1840. De Drielsche Sluis is een uitwateringssluis in de Maasdijk, nabij de panden Maasdijk 95-97, in Aalst. Door de sluis stroomde het water van de Drielsche Wetering uit in de rivier de Maas. De Drielsche Wetering is gegraven omstreeks 1320 en waterde het oostelijke en zuidelijke deel van de Bommelerwaard af. Door de aanleg van de Drielsche Wetering konden de laaggelegen komgronden worden ontgonnen.

In de negentiende eeuw is de waterstaatkundige situatie op deze plaats drie keer gewijzigd, waarbij ook de rol van de sluis veranderde:

  1. tot 1832: periode van vrije afstroming. De Drielsche Sluis fungeerde als uitwateringssluis en waterkering.
  2. 1832 – 1855: periode van molenbemaling. De waterhuishouding werd geregeld door de Drielsche Sluis, de Drielsche Molen en een nieuwe sluis bij de molen.
  3. 1855 – 1883: bemaling door stoomgemaal. Daarbij is de bandijk naar het westen verplaatst (Machinedijk). De Drielsche Sluis fungeerde toen als heul en niet meer als waterkering.
  4. 1883: stoomgemaal werd buiten gebruik gesteld. Vanaf die tijd tot nu heeft de Drielsche Sluis alleen betekenis voor de waterhuishouding van het, door de in 1855 aangelegde bandijk, binnendijks gelegen gebied.

Plattegrond en opbouw

De Drielsche Sluis is een uitwateringssluis van het type koker- of duikersluis met afsluitmiddelen in de sluis. De sluis bestaat uit twee gemetselde rondbogige, vrij hoge sluiskokers die het water vanuit de Drielsche Wetering door de oude bandijk (nu: Maasdijk) voerden. De beide kokers hebben, voor zover te beoordelen is, tweesteens dikke gewelven in kruisverband met hardstenen sluitstenen. Tussen de beide kokers bevindt zich aan de rivierzijde (westzijde) een driezijdige beëindiging die met baksteen schuin is afgedekt. Deze zal aangebracht zijn om beschadiging door ijsgang te voorkomen. Aan de zuidzijde bevindt zich een schuin geplaatst landhoofd met aan de bovenzijde een afschuining met bakstenen rollaag. Aan de noordzijde ontbreekt een dergelijk schuin landhoofd. De sluisdeuren zijn reeds lang geleden, waarschijnlijk in 1855, verwijderd. De pijlers en lateien, waar de deuren tegen rustten bij hoog water op de rivier, zijn nog aanwezig.

Begrenzing

De begrenzing van de bescherming betreft de dubbelsluis onder de Maasdijk maar ook de begrenzing en belijning van de Drielsche Wetering van net voor de dubbelsluis tot net voorbij de Machinedijk. De uitwateringssluis onder de Machinedijk is van recente datum en valt niet onder de bescherming.

Reden van plaatsing

Cultuurhistorische criteria:
a. de betekenis als uitmonding van de Drielsche Wetering, één van de twee grote weteringen in de Bommelerwaard die van groot belang waren voor de ontwatering van de bestaande cultuurgrond op de oeverwallen, de ontginning van de komgronden en daarmee voor de agrarische ontwikkeling van de Bommelerwaard;
b. de bijzondere gebruikshistorie in de negentiende eeuw.

Ensemble- en landschappelijke criteria:
a. de functionele relatie, zowel met waterlopen en kunstwerken in het binnenland gekoppeld aan de Drielsche Wetering, als met de Machinedijk, de kolk en de mogelijk nog aanwezige resten van molen, sluizen en gemaal in of bij de Machinedijk;
b. de geografische relatie met de Bommelsche Wetering en de daarmee verbonden (restanten van) waterstaatkundige objecten, de Vliet en het gemaal in Nederhemert en de mogelijk nog in het dijklichaam aanwezig restanten van de Aalstersluis.

Maasdijk 97, uitwateringssluis  op een kaart getoond.